Al jaren horen we van alles over de woningmarkt: de prijzen zijn weer gestegen en het vinden van een woning wordt steeds duurder. En nu is er dus weer een record gezet: een huis kopen was namelijk nog nooit zo duur als nu.

Het huizenjacht drama

We weten allemaal wat voor drama het op dit moment is om aan een woning te komen. Of je nou zelf al enige tijd op zoek bent, of je iemand kent die al maanden zoekt naar een nieuw plekje: een huis kopen is nog nooit zo moeilijk – en duur – geweest. Dat blijkt uit nieuw onderzoek.

Een huis kopen was nog nooit zo duur

Hypotheken Data Netwerk (HDN) houdt de cijfers bij van alles dat te maken heeft met koopwoningen. In oktober vorig jaar kostte een koopwoning gemiddeld iets meer dan €500.000,-. Dit is natuurlijk al mega hoor en deze kosten zijn alleen maar gestegen. In juli werd een nieuw record gezet: toen was de gemiddelde koopwoning €517.870,-. Oh my. En als je dacht dat het niet erger kon; dat kan het dus wel. Een koopwoning kost op dit moment gemiddeld €520.600,-! Een huis kopen is dus nog nooit zo duur geweest. Bizar.

Hoe kan dit?

Dat een koopwoning tegenwoordig gemiddeld ruim 520.000 euro kost, is natuurlijk bizar. Maar hoe kan het eigenlijk dat de huizenprijzen zo hard stijgen? Dit heeft verschillende redenen.

  1. Er is meer vraag dan aanbod
    Dit is één van de makkelijkste principes van economie: vraag en aanbod. Op dit moment is er meer vraag naar huizen dan dat er huizen beschikbaar zijn. Daarom kunnen de prijzen zo hoog gemaakt worden. Mensen kopen het toch wel. Daarnaast is het bouwen van huizen enorm duur geworden. De kosten van grond, de benodigde materialen en van het arbeid zijn door inflatie allemaal gestegen.
  2. Hypotheekrentes waren verlaagd
    Oké, dit klinkt misschien wat ingewikkelder. Maar doordat de hypotheekrentes verlaagd werden, konden mensen meer geld lenen om voor hetzelfde maandbedrag een hypotheek af te sluiten. Daardoor kon er meer geboden worden op een huis, wat de prijzen flink heeft laten verhogen.
  3. Beleggers kochten woningen op
    Deze mensen kochten woningen omdat ze de huizen als investering zien, of om de huizen te verhuren. Zij boden dan vaak meer dan starters konden betalen, wat ervoor zorgde dat de huizenprijzen verder bleven stijgen.
  4. De huizenprijzen stijgen harder dan de inkomens
    Deze twee stijgen dus niet even hard. Daardoor zijn woningen in verhouding ook gewoon duurder geworden.