Wetenschap bevestigt het: bijna elke ouder heeft een lievelingskind
We dachten het allemaal: ouders houden evenveel van al hun kinderen. Punt. Maar… de wetenschap heeft anders besloten. Enne, het nieuws is opvallend minder sprookjesachtig dan we altijd hoopten.
Bijna elke ouder heeft een favoriet
Het voelt bijna verboden om uit te spreken, maar uit meerdere onderzoeken blijkt dat bijna elke ouder stiekem een lievelingskind heeft. Jep, zelfs jouw superverantwoordelijke moeder die altijd zegt dat ze jullie “allemaal gelijk behandelt”. Ouders ontkennen het massaal, maar onderzoekers van o.a. Brigham Young University zijn glashelder: zaken als geboortevolgorde, karakter en zelfs geslacht spelen een rol.
Zo krijgt het oudste kind vaak meer vrijheid en verantwoordelijkheid, terwijl de jongsten juist meer affectie krijgen. Maar in sommige gezinnen wint de oudste, in andere de jongste; het hangt compleet af van de dynamiek. En ja: zelfs je gender doet ertoe. In Amerikaanse studies gaven ouders toe dat ze sneller een zachte spot hebben voor dochters dan voor zonen.
Waarom je broer of zus soms net dat streepje vóór lijkt te hebben
Ouders zijn uiteindelijk ook gewoon… mensen. En net als wij klikken ze soms nét iets beter met de persoon die ze het meest herkennen. Een kind met hetzelfde gevoel voor humor, dezelfde energie, dezelfde (on)rust — dat voelt vertrouwd.
Ben jij altijd meegaand, lief en drama-vrij? Grote kans dat jij ongemerkt wat extra punten scoort. Tijdens anonieme interviews gaven moeders zelfs toe dat hun ‘favoriet’ vaak het kind was dat het meest op hen leek — in karakter én in gedrag. Tja, ergens ook wel logisch.
Wat favoritisme écht met je doet
Het klinkt misschien alsof het lievelingskind zijn de jackpot is, en in sommige opzichten is dat ook zo: favorietjes hebben gemiddeld minder gedragsproblemen, meer zelfvertrouwen en betere schoolresultaten. Maar… er is ook een keerzijde.
Ben jij níét de favoriet? Dan kan dat je zelfbeeld aantasten, jaloezie versterken en een gevoel creëren dat je liefde moet verdienen. Onderzoekers zien dit zelfs terug in relaties tussen broers en zussen: favoritisme kan de sfeer in een gezin decennialang beïnvloeden.
Waarom ouders het nooit eerlijk toegeven
Een lievelingskind hebben voelt voor veel ouders simpelweg verkeerd. Ze schamen zich ervoor, proberen het te verbergen, en overcompenseren vaak met extra aandacht voor de anderen. Sommige moeders beschreven hun gevoelens anoniem als “verwarrend” en “schuldgevoelens in twee richtingen tegelijk”.
Psychologen zeggen echter dat het taboe doorbreken juist helpt. Zodra er openheid is, verdwijnen spanningen en snijdt jaloezie minder diep. Dus als jij soms het gevoel hebt dat dingen niet helemaal eerlijk gaan? Je bent waarschijnlijk niet de enige die dat merkt.
Zo overleef je favoritisme zonder drama
Het goede nieuws: favoritisme hoeft níét te betekenen dat je voor altijd in de schaduw leeft. Psychologen adviseren om het onderwerp voorzichtig bespreekbaar te maken — zonder beschuldigingen. Deel je gevoel, vraag om bevestiging, en erken ook de behoeften van je broers of zussen.
Ouders kunnen op hun beurt bewust omgaan met hun voorkeuren, in plaats van ze weg te stoppen. Ja, het kan pijnlijk zijn. Maar bovenal is het menselijk. En openheid zorgt vaak voor meer lucht dan je denkt.
Lees ook: Ouders boos na nieuwe aflevering Sinterklaasjournaal: ‘Dít kun je toch niet zeggen?’